Wethouder Heiloo: ’Hoger aanvliegen op Schiphol is een mooi experiment’

HEILOO - ,,Een mooi experiment. Als het slaagt, kunnen we wellicht deze afspraken voor andere banen maken.’’ Dat zegt wethouder Rob Opdam over de proef met een nieuwe naderingsmethode voor nachtvluchten op de Zwanenburgbaan. Hij blijft echter wel kritisch kijken of de afspraken (hoger aanvliegen en in glijvlucht zonder werkende motoren) worden nagekomen.

Het aantal nachtvluchten op de Zwanenburgbaan is beperkt; er wordt ’s nachts alleen op gevlogen als de Polderbaan en de Kaagbaan gesloten zijn. Het gaat om vijfhonderd tot duizend landingen per jaar. Deze landingen zouden dan niet verspreid uit alle richtingen worden ingezet (linker kaartje), maar volgens de nieuwe methode van de ’gekromde eindnadering’ meer geconcentreerd en in glijvlucht kunnen plaatsvinden (rechter kaartje), waarbij om Uitgeest heen wordt gevlogen.

De overlast door nachtvluchten werd erger toen een paar jaar geleden de oostelijke aanvliegroute over land werd gesloten, zegt Opdam. ,,Nu vliegen ze eerst door naar zee, komen daar in de wachtkamer en vliegen via Egmond naar Schiphol. Dat betekent ook dat er extra vliegkilometers worden gemaakt. In dit nieuwe experiment worden de vliegtuigen voor de Zwanenburgbaan gebundeld. Ze verzamelen bij één punt en vliegen met een bocht om Uitgeest heen. Omdat ze achter elkaar aan gaan, kunnen ze een grotere hoogte aanhouden en in glijvlucht dalen. Daardoor wordt de hinder behoorlijk minder.’’

Motoren
Op papier ziet het er goed uit volgens Opdam, maar: ,,Ze moeten zich dan wel aan de afspraken houden en niet te laag gaan vliegen of toch in de bocht hun motoren aanzetten. Daar komt namelijk veel overlast vandaan. Ik loop al een tijdje mee en telkens worden we weer verrast omdat iets toch niet blijkt te kunnen en dan hebben ze weer een escape. Maar als het experiment slaagt, kunnen we de afspraken over glijvluchten en hoger aanvliegen wellicht ook voor andere banen maken.’’

Voor vluchten overdag schijnt hoger aanvliegen en in glijvlucht dalen niet te kunnen. ,,Ik heb me laten vertellen dat het daar overdag te druk voor is’’, aldus Opdam. ,,Met nieuwe software die op komst is zou het waarschijnlijk wel kunnen, maar daar wachten we volgens mij al sinds 2005 op.’’

Opdam vindt dat met name de luchtverkeersleiders ’wel vaak vluchten in het begrip veiligheid’ als er een discussie is over geluidshinder. Dat is ook het argument om de aanvlieghoogten voor de Polderbaan (600 meter) en de Zwanenburgbaan (900 meter) niet om te draaien, hoewel onder de route naar de Polderbaan veel meer mensen wonen.

Opdam vindt het verder ook belangrijk dat de daadwerkelijke hinder wordt gemeten. ,,De meetpunten moeten goed werken. We moeten niet alleen afgaan op een model.’’

Zijn Castricumse collega Paul Slettenhaar is het daarmee eens. ,,Op basis van berekeningen wordt de hinderreductie vastgesteld. Maar het gaat ook om de perceptie van hinder. Ik weet hoe het gaat met Schiphol. Ze kunnen nog zoveel berekenen, maar het gaat om de werkelijke situatie. Dus als je zo’n proef doet, dan moet de overlast gemeten worden. Met luistervinken op daken, mensen die via website ervaren hinder aangeven et cetera.’’

Hij heeft meer bezwaren dan tegen de proef dan Opdam. ,,Straks krijgen Noord-Castricum en Limmen alle herrie van de hele regio op hun bord.’’ Castricum zal zich beraden op verdere stappen als de proef toch doorgaat zonder belevingsonderzoek. Slettenhaar hoopt dat het zover niet komt: ,,Pieter van Geel, de kersverse interim-voorzitter van de Omgevingsraad Schiphol, is een diplomaat.’’

Lees ook hier: Bezwaar Castricum tegen proef met een vaste nachtelijke landingsroute: ’Alle vliegherrie komt op bord van Castricum-Noord en Limmen’

De nieuwe nachtnadering van de Zwanenburgbaan kan vanaf de zomer van 2020 toegepast worden.