KLM en Schiphol: Hulp overheid om concurrentie bij te houden

Door Marjan van den Berg

Om het groeiend aantal succesvolle luchthavens bij te benen, moet Schiphol hulp krijgen van de overheid. Dat hebben president-directeur Pieter Elbers van KLM en Schiphol-topman Jos Nijhuis vanmorgen gezegd tijdens een hoorzitting in de Tweede Kamer over de Luchtvaartnota.

VVD wil minder beperkingen voor Schiphol. Lees en hoor hier meer.

Schiphol en KLM zijn bang dat de Nederlandse luchtvaartsector de internationale concurrentiestrijd gaat verliezen als de politiek de huidige omstandigheden niet verbetert.

KLM-topman Pieter Elbers wijst bijvoorbeeld op de kosten voor veiligheid (300 miljoen euro), die volledig aan de sector worden doorberekend. Ook heeft de Nederlandse luchtvaart te maken met andere sociale wet- en regelgeving. “Op het moment dat concurrenten daar niet, of in aanzienlijk mindere mate mee te maken hebben, is het lastiger concurreren voor ons.” Verder zou de staat zich minder dividend kunnen laten uitbetalen, stelt Elbers voor.

Luchthaven als middel
Hij constateert dat in andere landen de luchtvaartsector meer steun krijgt dan in Nederland. “Dat wordt daar gezien als een integraal onderdeel van de nationale infrastructuur en van een stuk beleid dat uitgaat van werkgelegenheid, vestigingsklimaat, het aantrekken van buitenlandse ondernemingen. Daar wordt de luchthaven gezien als middel om dat doel, namelijk een florerende economie, te bereiken.”
Zo was dat ook jarenlang in Nederland, zegt Elbers.

“Ik denk dat dat er ook voor gezorgd heeft dat we een geweldig stuk infrastructuur hebben". Nu zien we dat de wereld om ons heen aan het veranderen is. Dan moeten we ervoor zorgen dat we zelf ook veranderen.”Hoor hier het intervieuw met Elbers en Nijhuis

Schiphol en de KLM willen ook meer armslag om selectiever te zijn in het toelaten van goedkope prijsvechters. Verder pleit Schiphol ervoor om geen huizen meer te bouwen onder routes waar laag gevlogen wordt.