Platform Vlieghinder Kennemerland
 

Het is dringen: vol luchtruim wordt steeds complexer

 |
 Geplaatst door: Redactie (Wim) 
 |
 Bekeken: 98 
|
 epaper.noordhollandsdagblad.nl 
KLM_only_2018.tekst2.JPG

Door Koen Nederhof

Een botsing midden in de lucht in een tjokvol luchtruim. Het ongeluk bij Washington met een vliegtuig en een helikopter is een zeldzaamheid, maar niet ondenkbaar als verkeer elkaar tegenkomt. Ook het Nederlandse luchtruim is druk, en dus gaat het ook hier wel eens bijna mis.

Hoewel president Trump zijn pijlen richt op diversiteitsbeleid bij de verkeerstoren om het ongeluk bij Washington te verklaren, kijken experts naar de drukte in het luchtruim. Zo wijzen ze erop dat er al eerder bijna-botsingen waren bij Reagan National Airport tussen passagiersvliegtuigen en helikopters. Twee keer moest een toestel vol passagiers uitwijken. Bovendien klinkt inmiddels dat de luchtverkeersleiding onderbezet was.

„Ook de Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) heeft te maken met personele krapte”, zegt een woordvoerster van de instantie. Maar, zo benadrukt ze, alle noodzakelijke diensten kunnen worden gevuld. „We zijn dus altijd in staat het vliegverkeer veilig en vlot te begeleiden.”

En dat is nodig ook. Het Nederlands luchtruim is steeds drukker geworden, stelde voormalig minister Harbers al in 2022. Jaarlijks telt Schiphol zo’n 480.000 vliegbewegingen, maar ook defensie eist zijn ruimte op. En daar komen vluchten van trauma- en politieheli’s, allerhande drones en andere toestellen nog bij. Niet voor niets wordt hard gewerkt aan een andere indeling van het luchtruim. „Dat is juist om de toegenomen drukte de ruimte te geven”, aldus luchtvaartexpert Joris Melkert van de TU Delft.

Schietlocaties
Hij ziet bijvoorbeeld ook dat defensie zoekt naar extra schietlocaties en opslag, waardoor kleine luchtvaart in de verdrukking komt. En zo wordt de ruimte schaars. Anderzijds is een ongeluk waarbij een groot passagierstoestel boven Nederland botste op een ander vliegend toestel tot nu toe uitgebleven. „Dat geeft aan dat het systeem dat we hebben goed werkt. Neemt niet weg dat we alert moeten blijven. We maken het luchtruim steeds complexer, dus het is geen gegeven dat het veilig is”, aldus Melkert.

Om botsingen te voorkomen, zijn er meerdere systemen. Je hebt de primaire radar, maar die is eigenlijk te rudimentair. De secundaire radar ziet veel meer, en geeft het beeld dat wij bijvoorbeeld ook op sites als Flightradar kunnen zien. Een vliegtuig beschikt ook nog over een Traffic Collision Avoidance System. „Dat kijkt om zich heen en gaat waarschuwen als hij denkt dat het misgaat. Maar rond vliegvelden zetten piloten die vaak uit, omdat ze anders horendol worden. Het is meer voor op grote hoogte”, aldus Melkert.

LVNL wijst erop dat de luchtverkeersleiding ook ’standaardprocedures’ heeft om verschillende soorten vliegverkeer te begeleiden rond vliegtuigen. „Daar zijn onze mensen op getraind.”

Toch komen wel eens incidenten voor. Die worden gemeld bij het Analysebureau Luchtvaartvoorvallen (ABL). Dat rapporteert vervolgens over de perikelen. In de meeste gevallen gaat het om vermoeidheid in de cockpit, amokmakers aan boord of gpsjamming. Slechts in een heel klein deel van de gevallen gaat het om een ongeluk of een ’ernstig incident’. In 2023 waren dat er respectievelijk 34 en 30, waarbij het vaak om gebeurtenissen met kleine luchtvaart gaat.

Dat er soms wel degelijk grote risico’s waren, bewijst een rapport van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid (OVV) van afgelopen november. Daarin beschrijft de OVV hoe twee Cessna’s op ramkoers lagen in de buurt van Rotterdam-The Hague Airport. De toestellen vlogen op dezelfde hoogte en zouden tegelijk een ’kruising’ in de lucht oversteken. Een
botsing werd voorkomen doordat een van de piloten snel uitweek nadat hij de ander zag. Ook met grotere toestellen gaat het wel eens bijna mis, al kan de Inspectie Leefomgeving
en Transport vooralsnog niet aangeven hoe vaak precies. Anderzijds halen dat soort gevallen vaak het nieuws. In 2023 moest de luchtverkeersleiding ingrijpen toen boven Assendelft twee grote passagiersvliegtuigen te dicht bij elkaar kwamen. Het hoogteverschil tussen het toestel van TUI en KLM was slechts 200 meter.

Landingsbanen
In 2017 stelde de OVV al dat het ontwerp van Schiphol zorgen geeft. De landingsbanen wijken af van de internationale norm, wat betekent dat toestellen elkaar in het verlengde van die banen kunnen kruisen. Bovendien ontstaan elke dag pieken in de drukte door het hub-model van Schiphol, wat risico’s met zich meebrengt.
Uit de cijfers van het ABL blijkt verder dat het aantal voorvallen met drones niet groeit, terwijl het aantal drones wél toeneemt. Meldingen gaan vooral over drones boven of vlak bij landingsbanen. „En over drones die gezien worden tijdens de landing, start of klimfase van een vliegtuig”, aldus de dienst, die in 2022 nog 175 meldingen kreeg en in 2023 slechts 85.

Bekijk bericht op "epaper.noordhollandsdagblad.nl"

Reacties op dit bericht

Reageren?

Let op! Door het plaatsen van een reactie gaat u akkoord met onze huisregels.