Raad: geen ruimte voor tweede terminal Schiphol

HOOFDDORP - Een meerderheid van de gemeenteraad is erop tegen dat er ruimtelijk rekening wordt gehouden met de bouw van een tweede stationsgebouw voor de luchthaven Schiphol. Dat bleek vorige week tijdens een debat over de zogeheten Schipholdriehoek, waar die tweede terminal zou moeten komen. Op verzoek van de raad gaat wethouder Michel Bezuijen een reactie aan de provincie aanpassen.
De Schipholdriehoek is het gebied tussen de snelwegen A4, A5 en A9. Noord-Holland vindt de ontwikkeling van dit gebied zo belangrijk, dat ze er vorig najaar een visie over heeft vastgesteld. In die visie staat nog steeds een reservering voor een tweede stationsgebouw voor Schiphol. Een beslissing over de bouw van die terminal valt echter niet op korte termijn te verwachten.
De gemeente Haarlemmermeer heeft het sowieso niet zo op reserveringen. De mogelijke aanleg van een tweede Kaagbaan hangt al jaren als een zwaard van Damocles boven het hoofd van Rijsenhout. De rijksoverheid houdt graag vast aan de reservering. Staatssecretaris Joop Atsma zei kort geleden in de Tweede Kamer dat er niet eerder dan 2015 een beslissing wordt genomen.
Wethouder Bezuijen zei vorige week in de gemeenteraad dat deze kwestie niet te vergelijken is met de reservering van de tweede terminal. Waar de tweede Kaagbaan een stoorzender is voor de toekomst van Rijsenhout kan de tweede terminal volgens hem geen enkel kwaad. “Een beslissing over het tweede stationsgebouw is nu niet aan de orde.”
In de voorlopige reactie van het college aan de provincie waren daarom weinig woorden vuilgemaakt aan de tweede terminal. Sommige fracties vonden de tekst van de brief wel erg neutraal. De critici wezen wethouder Bezuijen erop dat de gemeenteraad én het college eerder hebben uitgesproken voorstander te zijn van een compacte luchthaven. Dat betekent in de praktijk geen nieuwe start- en landingsbanen een ook geen tweede terminal. “We kunnen die reservering maar beter loslaten”, zo sprak PvdA-raadslid Chris Vonk het gevoel uit dat meerdere fracties hadden.
VVD-raadslid Susanne van Dijk nam als enige een afwijkend standpunt in. Volgens haar nemen de andere partijen de kwestie veel te zwaar op. Het stuk van de provincie is niet veel meer dan een gebiedsvisie en dat betekent dat er nog veel kan veranderen.