Nieuwe landingstechniek bespaart brandstof

Eind oktober 2011 werd door de Franse overheid al bekend gemaakt dat verschillende vliegtuigen brandstof bespaarden door een ‘Continuous descent procedure’(CDO). Hierbij blijft het vliegtuig in de buurt van de luchthaven zolang mogelijk op hoge vlieghoogte en maakt het dan in een vlotte neerwaartse boog een ‘duikvlucht’ in plaats van een getrapte landing.
Door deze techniek kan het vliegtuig meer gebruik maken van de zwaartekracht om te landen en zo brandstof besparen en wordt bovendien ook de geluidshinder eperkt. In feite leunt deze landingstechniek sterk aan bij het ‘uitbollen’ bij eco-driving voor wagens.
Ook op Brussels Airport werd deze techniek uitgetest. De zogenaamde ‘groene landingen’ werden door Belgocontrol, Brussels Airlines en Brussels Airport (‘B3’) ontwikkeld en gebeurden het voorbije jaar met steun van de EU in het kader van het internationale “Atlantic Interoperability Initiative to Reduce Emissions”-programma.

Druk luchtruim
Door de nabijheid van vele internationale en regionale luchthavens, ontoegankelijke zones door militaire activiteiten en veel transitvluchten, is het Belgisch luchtruim zeer druk bevlogen en worden landingen vaak trapsgewijs uitgevoerd. Dat landingspatroon vraagt voortdurend stuwkracht van het vliegtuig om de snelheid te vermeerderen en te verminderen, waardoor er veel kerosine wordt verbrand en meer CO2 wordt uitgestoten dan bij een continue daling. Die vaak wijzigende stuwkracht zorgt bovendien voor extra geluid die bewoners en passagiers als oncomfortabel ervaren.

Continuous Descent Operations
De geteste procedure houdt in dat, op momenten dat de verkeerssituatie een continue landing toelaat, via de luchtverkeersleiders de piloten aangepaste informatie verkrijgen om in één vlotte beweging te landen. Hiervoor krijgen ze van de luchtverkeersleiding de nog te vliegen afstand en van op gemiddeld 3,5km hoogte krijgt de piloot de vrijheid om zelf het optimale punt voor het inzetten van de daling te bepalen en zo in één vloeiende beweging de landingsbaan te naderen.
Binnen het AIRE-programma werkte Single European Sky ATM Research het CDO-concept uit. Daarna zorgde het voor de uitvoering van testvluchten, alsook het sensibiliseren van luchtverkeersleiders en piloten om te gaan ‘eco-landen’. Achteraf volgden nog een resultaatmeting van de groene landingen.

Bijzonder grote uitdaging
Aan de uitvoering de testen, namen naast Brussels Airlines, Thomas Cook, Jetairfly, DHL en Singapore Airlines Cargo deel. Omwille van het drukke vliegverkeer rondom Brussels Airport kan de procedure, die een grote coördinatie vergt tussen alle deelnemers vergt, enkel op een afstand van 70 tot 15 kilometer van de landingsbaan worden uitgevoerd. Ook zijn er nog beperkingen zoals de standaard vereiste tussentijd tussen twee vliegtuigen. Dit alles maakte dat de procedure kon worden toegepast op 3.000 vluchten (9 procent) van de deelnemende maatschappijen .
De impact van deze groene landingen op het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot werd als zeer significant bestempeld. Zo verbruikte een vliegtuig zoals de Airbus A319/A320 die voornamelijk middellange vluchten uitvoert gemiddeld 50 kg minder brandstof en stootte het 160 kg C02 (=1.100 autokilometers) uit. Voor langeafstandsvliegtuigen bedroegen de 100 kg kerosine en 315 kg CO2 (2.000 kilometers).
Indien 9 procent van alle vliegtuignaderingen op Brussels Airport volgens de Continuous Descent Operation patroon zou verlopen, dan zou dit volgens de luchthavenbeheerder een CO2 vermindering van minstens 1.806 ton (=3.000 km vliegen) opleveren en een brandstofbesparing van 550 ton.

Geluidsvermindering
Naast minder brandstofverbruik, was er ook minder omgevingsgeluid. Hiervoor voerde de KU Leuven metingen uit ten opzichte van dezelfde vluchten. Op meer dan 15 kilometer van de luchthaven was er gemiddelde een winst van 2 dB(A) bij middellange vluchten en gemiddeld 3 dB(A) bij langeafstandsvluchten

Volgende stap
Bedoeling is om nu na de succesvolle testfase deze groenere landingstechniek in de officiële procedures te publiceren in het verkeer dit toelaat, zodat deze werkwijze op korte termijn mogelijk wordt voor alle maatschappijen die naar Brussels Airport vliegen. “We beseffen als Belgische luchtvaartspelers dat we een rol te spelen hebben in het milieudebat”, aldus de B3-initiatiefnemers, “Wij hebben met dit project onze verantwoordelijkheid opgenomen en we zijn zeer bereid om verder te werken zodat we het luchtverkeer in ons land nog groener kunnen maken.”