Luchthavens Parijs maken zich op voor beursgang

PARIJS — De luchthavens van Parijs trekken jaarlijks miljoenen reizigers. Topman Pierre Graff hoopt nu dat zij ook beleggers kunnen trekken. Begin volgend jaar gaat Aéroports de Paris (ADP) naar de beurs.
    ADP, dat de luchthavens Charles de Gaulle en Orly runt, is nu nog voor 100% in handen van de Franse overheid.

    Om het aantrekkelijk te maken voor beleggers wil Graff Parijs tot de grootste ’hub’ (knooppunt) in Europa maken. Het vliegveld Charles de Gaulle verwerkt nu al het grootste aantal landende en vertrekkende toestellen in Europa, en verkleint de achterstand tot het Londense Heathrow dat nummer een is qua aantal passagiers.
    Maar Charles de Gaulle en Orly zijn hard aan een moderniseringsbeurt toe: de terminals zijn verouderd en zelfs de nieuwste gebouwen (ontworpen door ambtenaren) hebben een groot gebrek aan commerciële ruimtes voor winkels, horeca en andere diensten.

    Graff wil de Parijse vliegvelden hervormen naar het voorbeeld van de commerciële succesverhalen Heathrow en Schiphol. „We zijn laat in Parijs”, zegt de 57-jarige voormalige ambtenaar, die nu twee jaar de baas is bij ADP. „We hebben zeer sterke pluspunten die onvoldoende worden uitgebuit.” Hij doelt daarbij onder meer op het verlenen van diensten aan luchtvaartmaatschappijen, winkelmogelijkheden voor de passagiers en het exploiteren van onroerend goed. Door dat beter te doen denkt Graff van Parijs „het belangrijkste luchthavenknooppunt van Europa” te kunnen maken.

Om ADP meer concurrentiekracht te geven wil Graff tot 2008 zo’n €2,5 miljard investeren om de faciliteiten uit te breiden en te moderniseren. Ook wil hij de ruimte van bestaande gebouwen veel beter benutten door die beter in te delen. Een van zijn eerste verbeteringen was de komst van een bloemenstalletje in de aankomsthal.
    ADP behaalde in 2004 een nettowinst van €126 miljoen, 2,3% minder dan in 2003. De omzet steeg in diezelfde periode met 6,4% naar €1,82 miljard.