EU wil meer vliegen met minder vervuiling

EU-project Clean Sky belooft halvering CO2 en geluidsoverlast. Nederland werkt daarom mee aan de ontwikkeling van een ‘intelligente vleugel’.
Delft, 9 april.Meer vliegen en minder klimaatverandering. Het zijn deze tegenstrijdige wensen van de Europese burger die de EU in het project ‘Clean Sky ’ met elkaar wil verenigen. Met een injectie van 800 miljoen euro, en eenzelfde bijdrage van de industrie, starten Europese luchtvaartbedrijven dit jaar met de ontwikkeling van technieken die de CO2-uitstoot van nieuwe Europese toestellen met de helft moet verminderen. De geluidsproductie moet eveneens 50 procent omlaag, de uitstoot van stikstof zelfs 80 procent.
„Uit economische overwegingen wil Europa de vraag naar vluchten niet teveel afremmen en toch de CO2-uitstoot beperken”, zegt Ad de Graaff van het Nederlandse Instituut voor Vliegtuigontwikkeling en Ruimtevaart (NIVR). ,,Behalve opname van de luchtvaart in het systeem van emissiehandel, wat tot hogere ticketprijzen en dus minder vraag kan leiden, wordt daarom geprobeerd de sector flink te reinigen.” Het NIVR coördineert de Nederlandse inbreng in Clean Sky, waar vier Nederlandse clusters aan deelnemen.
Samen met hun buitenlandse partners gaan de Nederlandse ondernemingen onderzoek doen naar energiezuinige aanvliegroutes, efficiënte rotorbladen voor helikopters, milieuvriendelijke productie van vliegtuigonderdelen én de ‘intelligente vleugel’. Grootste Nederlandse partij is Stork, alhoewel het bedrijf in handen is van de Britse investeringsmaatschappij Candover. Stork heeft de leiding bij de Nederlandse bijdrage aan de intelligente vleugel, omdat het veel ervaring heeft met de productie van de vaste en bewegende vleugelranden (‘flaps’). Ook de TU Delft, de Universiteit Twente en een aantal kleinere Nederlandse ondernemingen nemen deel.
Europese samenwerking stelt Nederlandse onderzoekers volgens De Graaff van het NIVR in staat om toch „part of the scene” te zijn. Omdat Nederland geen eigen luchtvaartindustrie meer heeft en ook niet deelneemt in de Europese vliegtuigbouwer Airbus, moeten Nederlandse ondernemingen zich bij buitenlandse projecten telkens weer „invechten”. De Graaff: „Als je als partner bij de ontwikkeling van een nieuwe Airbus betrokken wilt worden, moet je alleen al 200 miljoen euro betalen om aan tafel te mogen zitten. Dat is voor de meeste Nederlandse bedrijven niet realistisch.”
De intelligente vleugel past zich tijdens de vlucht soepel aan verschillende luchtstromingen aan. De vleugel zuigt zelf lucht af, zodat de luchtstroom beter ‘aanligt’. „Het is de bedoeling dat de opvolger van de Airbus A320 ermee wordt uitgerust”, zegt Maarten den Heijer, directeur strategie bij Stork Aerospace in Papendrecht. De intelligente vleugel moet vanaf 2015 toepasbaar zijn voor Airbus en andere Europese vliegtuigbouwers als Saab, Dassault en Alenia. „Minder luchtweerstand leidt regelrecht tot minder brandstofverbruik, CO2-uitstoot en geluidsoverlast”, aldus Den Heijer.
Maar gaat ‘Clean Sky’ als geheel zijn belofte waarmaken? Jacco Hoekstra, hoogleraar luchtvaart- en ruimtevaarttechniek, denkt dat de doelstellingen haalbaar zijn. Volgens hem valt er zowel aan de kant van de ‘operaties’, als bij de productie van vliegtuigen veel winst te behalen. „Landingen in glijvlucht uitvoeren, andere naderingsroutes, of langzamer vliegen kan al leiden tot 30 procent minder CO2-uitstoot. Als je daar de winst van nieuwe vliegtuigontwerpen en schonere motoren bij optelt, dan is 50 procent minder CO2 realistisch.” Hoekstra is blij met Clean Sky omdat dergelijke vernieuwingen niet alleen door de industrie zelf geïnitieerd kunnen worden. „Voor een bedrijf als Airbus, dat altijd in een concurrentieslag is verwikkeld, vormen forse investeringen in duurzaamheid een te groot bedrijfsrisico.”
De doelstellingen voor individuele vliegtuigen mogen dan realistisch zijn, toch zal Clean Sky de uitstoot van de totale Europese luchtvaart niet verminderen. De Graaff van het NIVR: „De luchtvaart groeit 5 procent op jaarbasis, terwijl het milieuvriendelijker maken jaarlijks 2 procent groeit. Er moet dus nog 3 procent worden overbrugd. Met Clean Sky komen we een heel eind, maar het zal niet helemaal lukken.” Programmamanager Gerben Klein Lebbink, eveneens van het NIVR, vult direct aan dat de luchtvaart wereldwijd „slechts 2 tot 3 procent van alle broeikasgassen produceert”.
Zonder Clean Sky zou dat aandeel echter snel oplopen. Om de CO2-uitstoot daadwerkelijk te verminderen is volgens De Graaff niets minder dan een technologiedoorbraak nodig. „Dat kan een totaal geïntegreerde romp en vleugel zijn, de zogenaamde ‘vliegende vleugel’.” Volgens Stork is dat toekomstmuziek.